dinsdag, juli 28, 2009

Q.E.D.

Ik ben gecharmeerd van en op zoek naar simpele waarheden. Bijv.: hoe meer streken met de verfkwast over hetzelfde oppervlak, hoe de groter de kans op ongerechtigheden. Even verwijlen bij de dingen en er is al weer een inzicht.

Van iemand van het CPB komt de volgende stelling (in mijn woorden): De immigrant die modaal verdient, pas in Nederland komt na voltooiing van zijn opleiding en na afloop van het werk weer vertrekt, die immigrant kost de samenleving als geheel niets.

Toegegeven, deze stelling lijkt niet echt simpel. Maar na enig denken wordt het dat wel.

Bewijs: Wordt minder verdiend dan modaal, dan gaat het landelijk gemiddelde naar beneden en lijdt de maatschappij als geheel dus verlies. Volgt deze immigrant -met modaal inkomen- eerst een opleiding in dit land of blijft hij hangen in de sociale verzekeringen dan heeft dat eveneens ongunstige gevolgen voor het modaal inkomen.

Het is een redenering die de wiskundige in mij vreugde verschaft.
Bijzonder trouwens hoe iemand zo’n complex vraagstuk op deze manier helder weet te maken en zo de mogelijkheid biedt om over kosten en baten van immigratie (en emigratie) te discussiëren.


rkh, 26-07-2009

vrijdag, juli 24, 2009

De Zieligheidsindustrie

Je wordt op straat aangeklampt door een fris ogende jongen of meisje. Die of dat je graag lid wil maken van dit of dat.
Daarbij wordt er in de eerste plaats stilzwijgend van uitgegaan, dat de aangesprokene zich houdt aan fatsoensregels: open staan voor anderen, de ander laten uitpraten, werken met argumenten, inlossen van een verwachting gewekt door alleen al het aanhoren van de gelikte presentatie (“voor wat, hoort wat” en dat gevoel neemt toe met de tijd*).
Ten tweede wordt ervan uitgegaan dat op het geweten kan worden ingespeeld.

De hele zieligheidsindustrie stuit tegen de borst. Deze industrie bestaat uit professionele organisaties zonder hart. Vrijwilligers zijn ingeruild voor jongeren die vooral door geld bewogen worden. Die jongeren worden speciaal getraind op het maximaal uitbuiten van fatsoen en geweten van de prospect en gaan morele chantage als deugd zien. De directeur is algauw goed voor drie- tot negenmaal modaal. Zieligheid verkoopt dus.

Het businessmodel van de Postcodeloterij** vind ik even perfect als perfide. Dat is de zieligheid voorbij. Hier geen beroep op fatsoen of geweten, maar een ordinair beroep op de hebberigheid van mensen onder de vlag van Solidariteit om nog enig cachet te geven aan de acties van ceo Boudewijn Poelman. Zo kunnen liefhebbers van Fortuyn de “souteneurs” van mensen als Volkert van der Graaf worden. Het kan haast niet perverser.

De mensen die mij per telefoon, aan de deur of op straat iets proberen aan te smeren, groet ik binnen drie seconden en leg daarna de hoorn erop, sluit de deur resp. loop door. Zonder enige argumentatie en zonder scrupules. Dit akelige gedrag heb ik mijzelf wel moeten aanleren, want ik heb thuis anders geleerd.


* Een jonge dame heb ik eens aan de deur haar hele verhaal laten doen. En daarmee dacht ze de vis binnen te hebben. Ik zei echter “nee” en wenste niets toe te lichten. Ze werd daarop onprofessioneel kwaad, want ze zag haar inspanning letterlijk niet beloond.

** Tegenwoordig heeft de NCRV zich aan de Postcodeloterij verbonden. Kennelijk inspireert ook de Mammon.


rkh, 23-07-09

maandag, juli 20, 2009

JihadWatchers

Je had vroeger KremlinWatchers. Hun taak was onder andere de machtsverhoudingen binnen het Kremlin in kaart te brengen. Dat betekende voor die politieke analisten: puzzelen, tussen de regels lezen en zien wat niet te zien was.

Voor de burgers van dit land is het niet anders. Ook die moeten soms maar raden wat er aan de hand is. Machthebbers houden zaken onder tafel en doen bij problemen het liefst niets, maar moeten ze iets dan graag met zo min mogelijk informatie richting de gewone burgers. Dat wil zeggen geen melding van etniciteit, geen “Achmed B.” maar “A.B.” en bij “A. el B.” maar helemaal niets.* Pas als het echt niet meer is stil te houden, gaan de boven ons gestelde over tot het zgn. Benoemen. De media -incl. De Telegraaf en excl. Geen Stijl- volgen hierin slaafs de overheid en wantrouwen de burger dus evenzeer als de politici dat doen.
Overdreven? Pas geleden sloeg op het Leidse Plein een taxichauffeur een klant dood. Deze affaire laat het bekende patroon zien: niets of weinig doen aan de al tijden bestaande terreur op die taxistandplaats, pas actie in uiterste noodzaak (iemand is dood), specifieke informatie achterhouden (terreur van Marokkanen), pas benoemen als het niet anders kan, daarna jezelf als daadkrachtige bestuurder positioneren van “kijk mij eens benoemen”.

Maar meestal wordt er helemaal niets benoemd en lezen we in het Parool: “Vier meisjes op het Leidse Plein door jongens op scooter aangevallen. Een meisje ziekenhuis ingetrapt”. Wij, de gewone lezers, weten dan genoeg. De scooter is een sjibbolet geworden. Of je slaat aan op “neven”, “kinderen van 12 jaar”, “oude vrouw in rolstoel”. Soms is er een cryptische aanwijzing dan staat ergens terloops in de tekst bijv. dat er “discriminatie” is geroepen of dat ze net terug zijn van een vakantie in Marokko, of is online reageren plotseling niet (meer) mogelijk**.
Je leest wat er niet staat. Tenminste als de krant het bericht heeft opgenomen, want het is niet gezegd dat de krant informeert. In de papieren editie van Trouw zal waarschijnlijk het bericht over ernstige overlast in het zwembad van Ridderkerk niet hebben gestaan. Dat zet immers maar bevolkingsgroepen tegen elkaar op. Het ging hier zgn. om Rotterdamse jongetjes in de leeftijd van 12 tot 16 jaar.

Vorige week is een zeer gewelddadige groep ingerekend. Zelfs invaliden werden niet ontzien. Aan het eind van het bericht werd gezegd dat één van de mannen was gearresteerd op Schiphol. Hij was op weg naar …. Suriname. Maar wat moet -in Allah’s naam- een Marokkaan in Suriname?
Een overvloed aan politiek correcte informatie kan dus tot een valse verdenking leiden! Misschien was dat wel de reden om toch maar “Suriname” in de tekst te zetten.


* Op het noemen van het geslacht rust nog geen taboe, terwijl dat natuurlijk net zo goed stigmatiserend is.

** Dit gebeurt bij de Leeuwarder Courant. Je weet dan dat het over Antillianen gaat.

rkh, 19-07-2009

zondag, juli 19, 2009

Pseudo-truïsmen

Wat hebben de volgende zinnen gemeen? “Ik ben tegen de uitwassen van het kapitalisme”. “Ik ben tegen disproportioneel geweld”. “Ik ben tegen misbruik van kinderen”. Gemeenschappelijk is hun nietszeggendheid en hun redundantie in woorden. Tegen uitwassen, disproportioneel geweld en misbruik is immers iedereen. Je moét er wel mee eens zijn, omdat het truïsmen zijn. De kwalificatie “misbruik” bijv. leidt per definitie tot verwerping. Het is gewoon een kwestie van semantiek.

Anders ligt het bij “Ik ben tegen vloeken”. Hoewel “vloeken” duidelijk een negatieve connotatie heeft, is de uitspraak niet voor iedereen een vanzelfsprekendheid. Alleen voor en binnen een bepaalde bevolkingsgroep is het een truïsme.

Tegenover het truïsme staat de contradictio in terminis. “Kwetsen mag” is daarvan een mooi voorbeeld. Een tegenspraak schudt aan de boom van Zekerheid, stemt tot nadenken. En dat is duidelijk hier de bedoeling. Hoewel je met zo’n provocatie meteen ook een makkelijk prooi bent voor hen die willen misverstaan en dus een discussie stil kunnen leggen.* (De uitspraak wil duidelijk maken, dat wie Vrijheid van meningsuiting wil ook de “collateral dammage” van de gekwetste ziel moet accepteren. Bos maakte ervan: “Niemand heeft het recht niet beledigd te worden”. Dat is minder provocerend , maar ook minder helder.)

Waar ik mij buitengewoon aan stoor zijn zinnen als “Houd nu eens op met dat gemekker over hoofddoekjes” of “Stop dat gekakel over terreurdreiging”. Iedereen is tegen “gemekker”, “gezeur”, “gekakel”. Maar toch zijn het pseudo-truïsmen, omdat ze vanzelfsprekendheid missen. Het zijn uitspraken met een venijnige ad hominem boodschap die de aangesprokene wil diskwalificeren en de discussie wil stoppen. De heer Pechtold grossiert hierin.


* “Als iedereen schuld heeft, dan is niemand schuldig” en “Er veel geloof vereist om niet te geloven” zijn andere voorbeelden van beweringen die tegen de logica ingaan en daardoor extra aandacht vragen en krijgen.


rkh, 17-07-2009

vrijdag, juli 03, 2009

Eberhard en de feiten

Minister Van der Laan wil Wilders met feiten om de oren slaan. Dat heeft hij het volk luid en duidelijk laten weten: Er zijn geen 50 miljoen moslims in Europa, zoals Wilders ons wil doen geloven, maar 20 miljoen! Daarmee kiest hij voor een bepaald discours. In een land waar –uit angst voor de onderbuik- ongewenste cijfers en statistieken soms in laden verdwijnen of gewoon op ideologische gronden niet worden bijgehouden, is deze nieuwe Strategie van Zakelijkheid een statement.

Dat betekent wel, dat wanneer Van der Laan bijv. zegt, dat er meer moskeeën failliet gaan dan erbij komen, dat dan ijverige journalisten en –anders wel- bloggers op zoek gaan naar falsificatie. Hij maakt zich daarmee dus kwetsbaar. Hij zal zijn woorden extra moeten wegen. Sommigen zeggen al dat er wel degelijk 50 miljoen moslims in Europa zijn. En weinigen zullen geloven, dat het aantal moskeeën afneemt (het aantal hoofddoekjes neemt alleen maar toe, zoals iedereen kan zien die ogen heeft). Dat zijn dan butsen in het imago van de minister.

Een consequentie van deze keuze voor een discours van zakelijkheid is ook, dat Van der Laan wel een onderzoek naar de kosten en baten van immigratie heeft moeten toezeggen. Dat is echter spelen met vuur. De onzinnige “vlinderreisjes” etc. zullen weer in herinnering worden geroepen. De minister zal hier nooit als winnaar uitkomen, al was het alleen maar omdat altijd op onderliggende cijfers, keuzes, definities etc. valt af te dingen En wat als de kosten ver boven de baat uitgaan? Het lijkt me sterk dat over deze mogelijkheid en de consequenties daarvan is nagedacht.

Maar de fundamentele fout is te menen, dat andersdenkenden door feiten worden overtuigd. Feiten hebben geen boodschap aan Ideologieën. Zie bijv. de strijd om de Middenschool en de ideologische blindheid van de bestuurlijke elite.


Deze nieuwe strategie is dus onverstandig en zal waarschijnlijk de tegenstellingen alleen maar vergroten. Het hele integratiedossier zal een beerput blijken.
Eerder op dit Weblog besprak ik de strategie om Wilders serieus te nemen. Die resulteerde erin Wilders’ beeldspraak ( “Stuur leger naar Gouda!”) letterlijk te nemen. Deze strategie is dom, omdat die voorbij gaat aan het probleem dat eloquent door Wilders werd verwoord, dus voorbij gaat aan problemen van “de mensen waar het om gaat” (Melkert).
En ook blijkt deze strategie in zijn opportunisme onwaarachtig. Wilders stelde voor dat fractieleider Van Geel maar op een krukje moest gaan zitten in het vak van de Regering of anders maar op schoot van de MP. Toen nam niemand deze beeldspraak letterlijk. Maar ook hier was de boodschap van Wilders tegen het Monisme overigens weer glashelder.

rkh, 2 juni

woensdag, juli 01, 2009

Zeggen en niet zeggen

Wouter Bos houdt er een rare manier van redeneren op na. Eerst bekent hij schuld en vervolgens voert hij ter verdediging en ter verontschuldiging(!) aan: “Iedereen was toentertijd voor/tegen, dus ik ook”. Ik heb hem zoiets herhaaldelijk horen zeggen. Maar met zo’n uitspraak wordt de net beleden schuld alweer ontkend. Als iedereen schuldig is, is immers niemand schuldig. Bevestiging en ontkenning, Ja en Nee kunnen in de logica van Bos moeiteloos samengaan. Hij verstaat de kunst om in één beweging iets te zeggen en niet te zeggen. Het is zijn woord tegen het zijne. Dit is de logica voorbij.

Op de laatste partijbijeenkomst in Arnhem zei Bos: “Van Volkskrant-interview tot zonnebril, het spijt mij oprecht. Het leidt de aandacht af van waar het over moet gaan” (VK, 29/7/09). In de eerste zin verklaart Bos zich schuldig. Maar waarom die spijt? Omdat bijv. het declareren van een verloren Ray Ban zonnebril moreel slecht is? Nee. Hij heeft spijt, omdat het afleidt. Kortom, de tweede zin heft de strekking van de eerste op. Ook hier dus weer zeggen en niet zeggen. Zijn spijt betekent helemaal niets. Hij had moeten zeggen: “Van Volkskrant-interview tot zonnebril, het spijt mij oprecht. Punt.”.
De afwezigheid van schuldbesef wordt nog eens onderstreept door de oproep -op diezelfde partijbijeenkomst- om “niets steeds tijdens bijeenkomsten op elkaar te zitten vitten”. Bos vindt kennelijk, dat het geen pas geeft kritiek te hebben op zijn declareer-gedrag.


rkh, 30 juni