dinsdag, oktober 25, 2011

Eerlijkheid

Ik heb lange tijd in het geniep gedacht dat Godsdienst de bron van moraal is en dat de idee van een straffende God nodig is om mensen in het gareel te houden. In tijden van secularisatie zouden instituties als dragers van dat moreel kapitaal deze functies overnemen.
Ik denk nu dat het allemaal simpeler en banaler ligt, dat de tucht van de markt moreel gedrag afdwingt. Wat mij betreft mag het scheermes van Ockham ook gezet worden inzoiets als "morele intuïtie", want als verklaring overbodig.

Neem eerlijkheid. Een buschauffeur gaf mij te veel geld terug. Niemand had het bemerkt. Toch heb ik hem -toen ik dat door had- dat teveel teruggegeven. Dat is netjes en eerlijk. Maar om te begrijpen waar de idee van eerlijkheid vandaan komt, moet je niet naar uitzonderlijke gevallen kijken.

Een slager bijv. die de boel flest, is geen lang leven als slager beschoren en daarom is hij eerlijk. Zo is het bij elke ruil: eerlijkheid is een conditio sine qua non. De markt straft oneerlijkheid af."Eerlijk zijn" is welgrepen eigenbelang.
Er zijn natuurlijk altijd tegenvoorbeelden. Maar dat laat onverlet dat de basale Idee van eerlijkheid uit de handel voortkomt en dus van de straat is. Daardoor heeft ook elke bedrieger, weet van zijn eigen bedrog.

rkh, 25-10-2011

zaterdag, oktober 22, 2011

Logos

Politici geven hoog op van het debat. Ze zeggen in argumenten te geloven. In een debat over cliëntelisme sprak Tofik Dibi de woorden: "Ik moet helemaal niets als Marokkaan of Moslim. Het gaat in de politiek om argumenten!" (ik citeer uit mijn hoofd).

Politici rekenen Wilders dan ook zwaar aan, dat hij debatten mijdt.


Dan is het dus vreemd dat diezelfde politici die zo voor debat zeggen te zijn, weigeren in een praatprogramma aan te schuiven waarin ook een tegenstander zit. Zo bijv. pas geleden Sap -fractieleider van GroenLinks- die bij P&W aanschoof. Een journaliste van de Volkskrant -woonachtig in Afghanistan- mocht van Sap niet tegelijkertijd aanzitten.

Kennelijk vertrouwt Sap haar eigen argumenten niet.


Met de mond belijden politici het geloof in de logos, het geloof in argumenten en in de ratio. Maar onderwijl houden zij en hun spindoctors in praktijk wel degelijk ethos (bijv.: Journaliste spreekt uit eigen ervaring en heeft daarom en daardoor gezag) en pathos (bijv.: Journaliste vertelt over miskleunen en weet daarmee emotie op te wekken) van zichzelf en de ander in de gaten zonder dat dus te benoemen.


nota bene: De drieslag komt van Aristoteles.


rkh, 20-10-2011

dinsdag, oktober 18, 2011

Hollandse gevoelens

Heeft een Turk, Marokkaan of (voormalig) rijksgenoot zich ernstig misdragen dan is het commentaar op internet navenant. Maar er zit ook steevast de reactie tussen dat het Nederlanders zijn en dat verwijzing naar etniciteit (of Islam) dus geen pas geeft.


Ik heb moeite met een dergelijke redenering. Ten eerste, omdat ik toch wel graag wil weten wat voor vlees ik in de kuip heb, zodat ik mijn gedrag daarop kan afstellen. Ten tweede, omdat ik zelf wel bepaal wat relevant is. En ten derde wil ik -als Nederlander- niet geassocieerd worden met misdaden van sommige nieuwe Nederlanders. Zie "Opsporing verzocht". Ten diepste is het dus: "Wij, Nederlanders, doen zoiets niet". Zo denken is niet netjes, onzin en moeilijk te verkopen. Maar toch heb ik die gevoelens. Hoe mij hier uit te redden?


Bij verlegenheid biedt de kwinkslag uitkomst. En die is hier: "Je mag dus -ingeval van bijv. eerwraak of laffe moord- wel van iedereen zeggen dat hij Nederlander is, maar niet dat hij Turk, Marokkaan of rijksgenoot (met een Nederlands paspoort) is. Wie generaliseert hier nu het meest?".

Het antwoord is natuurlijk dat wie verwijst naar de Nederlandse nationaliteit het meest generaliseert, omdat alle andere nationaliteiten hier subsetten zijn.


rkh, 17-102011

woensdag, oktober 12, 2011

De schijn van acceptatie

Nasrdin Dchar kreeg een gouden kalf. In zijn dankwoord heeft hij het o.a. over het overwinnen van angst. So far, so good. En hij gaat verder met dat Nederland tegenwoordig wordt "geïnjecteerd met angst". Verhagen wordt erbij gehaald die ergens heeft gezegd de angst voor buitenlanders wel te begrijpen. De naam Wilders valt. Hun respectievelijke achterbannen worden erbij gesleept. Het publiek ging uit zijn dak en al helemaal bij "Ik ben een Nederlander, ik ben heel trots met Marokkaans bloed, ik ben een moslim".


Is Dchar een gewone Nederlander? Nee, natuurlijk niet. Datzelfde publiek zou er schande van spreken wanneer een autochtoon in zijn plaats had gezegd: "Ik ben trots met (=op mijn)

Neêrlands bloed, ik ben christen". Het land zou te klein zijn.

Hier is sprake van een dubbele moraal. Dchar is de nieuwe Wilde, de nieuwe troetelmarokkaan.


Geen acceptatie dus, ondanks de schijn van het tegendeel.


rkh, 09-10-2011

woensdag, oktober 05, 2011

Omgaan met complexiteit: aanslaan op 'WE'

Kun je ook zinnige en interessante vragen stellen zonder te weten waar je het over hebt. Dat kan, bijv. wanneer er een kwestie is en dat dan in termen van 'WE' gesproken wordt.


Wie 'we' gebruikt, neemt voorshands aan dat iedereen* het wel met hem of haar eens is. Dit soort spreken verraadt een totalitaire inborst: het laat de ander weinig ruimte. Het roept iedereen impliciet op zich te confirmeren op straffe van uitsluiting.


Hirsch Ballin citeerde met instemming zijn vrouw Pauline: "We schamen ons allemaal voor Wilders" (ik citeer uit het hoofd). Maar als iedereen zich schaamt (voor abortus is, tegen toetreding van Turkije tot Europa etc.), wat is dan nog het probleem? Kortom: "Wie vallen allemaal onder 'we'?".

Vragen die zonder kennis van zaken zijn te stellen. Een hartgrondig "Speak for yourself" of "Hou mij er buiten!" is ook nog op zijn plaats.



* Dit in tegenstelling tot 'wij'. Wie 'wij' zegt, zegt tegelijkertijd 'zij' en dat per definitie.


rkh, 04-10-2011

zondag, oktober 02, 2011

Stille krachten

De relatie tussen omtrek en straal van een cirkel is er één van rechtevenredigheid (O=2πr). Grafisch voorgesteld met O op de Y-as en r op de X-as, is dat een rechte lijn. Maar waarom buigt die niet naarmate de lengte van de straal toeneemt? Is dat op een simpele manier helder te maken?

Deze vragen had ik al een poos in mijn hoofd.


De wet van behoud van energie zegt, dat wat je er in stopt er ook weer uit komt. Het volume van een kubus is lengteXbreedteXhoogte. Wordt de lengte 2 keer groter dan wordt het volume 2 maal groter. Wat er in gaat, komt er ook weer uit. Een mooie illustratie van wat ik bedoel.

Zo gezien, zou de meest ideale en simpelste formule zijn: f(x)=x. Maar dit is natuurlijk allemaal onzin.

Dat bedacht ik deze week, al wandelend in Berlijn.


Maar de exercitie maakt wel duidelijk dat er toch iets bijzonders aan de hand is met bijv. een formule als f(x)= ax2 + 6x. Er wordt een waarde voor x ingestopt (gegeven een bepaalde parameter) en er komt minder, meer of misschien soms hetzelfde uit. Zo naar de formule kijkend denk je dat x alles doet. Maar dan moet wel geconstateerd worden dat niet aan de wet van behoud van energie wordt voldaan.

Mijn conclusie is, dat stille krachten aan het werk zijn en meer weet ik er nu niet over te zeggen.

Overigens zit ook in O=2πr een accelerator, namelijk 2π.


rkh, 01-10-2011

donderdag, september 22, 2011

Sen keert de naturalistische drogredenering om

"We worden ouder, dus moeten we langer doorwerken". Dit is wel ongeveer de communis opinio. (Bedenk ook: wie uitzonderingen eist, bevestigt daarmee de regel.) Maar het is en blijft wel een drogredenering, want in één beweging wordt van Zijn tot Moeten besloten. Dit wordt een "naturalistische drogredenering" genoemd.


De omgekeerde beweging komt ook voor, namelijk die van Moeten naar Zijn. Een omkering dus van de naturalistische drogredenering. Nobelprijswinnaar Amartya Sen maakt zich daaraan schuldig.


Op morele gronden is Sen tegen groepsgeweld. Hij snapt natuurlijk ook wel dat je met wat roepen ("Jongens, dat mag helemaal niet!") er niet bent. Dus stelt hij, dat een mens geen enkelvoudige identiteit heeft. Voor Sen is het -ontologisch gezien- onmogelijk dat bijv. hindoes en moslims elkaar afslachten. Want lidmaten van de elkaar bestrijdende groepen zijn niet alleen moslim of hindoe, maar ook arbeider/indiër/mens.


Bij Sen is dus de redenering: "Het moet zo, dus het is zo". Een "ontologie" moet zijn visie fundament en gewicht geven. Dit apodictische "Het is zo!" irriteert.


rkh, 21-09-2011

zondag, september 18, 2011

De liberale Zijnsleer van Sen

De Indiase econoom en Nobelprijswinnaar Amartya Sen heeft in zijn jeugd veel religieus geweld gezien en meegemaakt. Zijn visie is, dat aan dit geweld en aan geweld in het algemeen een Wij-Zij-denken ten grondslag ligt ("Violence and Identity"). De identiteit van een individu wordt in dat denken opgehangen aan één of meer kenmerken van een groep. Iemand is òf moslim òf hindoe en dat bepaalt wie vriend en wie vijand is.


In de ontologie van Sen staat het individu centraal, dat vrij is bindingen aan te gaan en te verbreken en nergens op is vast te pinnen. Er is niet één identiteit. Iemand die moslim is, die is niet alleen moslim. Hij is ook vader, zoon, minnaar, democraat, arbeider, lid van een natie etc.

Mij lijken het open deuren, maar laten we zeggen dat het goed is ze te noemen.


Sen is liberaal* van het pure soort bij het libertaire af, zoveel is duidelijk. Hij verwerpt dan ook het communitaristische denken (Taylor) en de "clash of civilizations" (Huntington), omdat dit een denken in groepen is.

Maar met zijn ontologie creëert Sen -zijns ondanks- wel een nieuw WIJ, namelijk dat van de kosmopolieten. Een zekere Anders Breivik heeft daarop met geweld gereageerd.


p.s.: Hier eenzelfde tragiek als bij Cohen die in en door zijn strijd tegen het Wij-Zij-denken wel mooi een nieuw WIJ en ZIJ genereert. Een jij-bak van jewelste, maar wel een jij-bak op niveau.



* Hiermee maak ik Sen lid van een groep. En ik ga er ook nog vanuit dat dit liberaal-zijn geheel zijn denken, voelen en handelen bepaalt.


rkh, 17-09-2011

woensdag, september 14, 2011

Jekyll & Hyde. Over identiteit

Je hoort de laatste jaren vaak zeggen, dat een mens meerdere identiteiten heeft. Maar om nu bij iedereen een meervoudige persoonlijkheid te veronderstellen, lijkt mij onzin. Niet iedereen is immers een psychiatrisch geval.


Ik hoorde eens voor de radio een hoogleraar zeggen dat hij zich -vanwege zijn armoedige afkomst- nooit in hogere kringen echt thuis heeft gevoeld. De journalist Anil Ramdas werd -naar eigen zeggen- in India behandeld als iemand van een hogere kaste. Het fysiek van de Brahmaan werd in hem (h)erkend.

Je bent dus kennelijk als hoogleraar/journalist niet alleen hoogleraar/journalist.


De "identiteit" in "Een mens heeft meer identiteiten" is diffuus en heeft niet de hardheid die het suggereert te hebben. Wie en wat je bent toont zich in meer of mindere mate altijd en overal en laat zich niet opdelen in te scheiden identiteiten. In alles vibreert alles mee. Op dit punt ben ik holist: het gaat om persoonlijkheid.


Wie uitgaat van de totale mens verbaast het niet dat Marokkaanse Nederlanders gezeten op de rand van het zwembad te Marrakech vreemd worden aangekeken. Het lukt niet de Nederlander in de Marokkaan te verbergen. Dus is het ook onzin om te zeggen: "De ene keer ben ik Marokkaan en een andere keer Nederlander".


De vraag blijft, waarom men zich zulke evidente onzin met zoveel graagte laat aanpraten.


rkh, 12-09-2011

zondag, september 11, 2011

Onvermijdelijkheid als argument

Marx wist wel waar het naar toe ging. Hij had het economische systeem geanalyseerd en geconcludeerd dat het kapitalisme aan zijn eigen, innerlijke tegenstrijdigheden ten onder zou gaan. Het kapitalisme zou op termijn ingeruild worden voor een socialisme van loon naar behoefte en werken naar vermogen.


Nu weet Guy Verhofstadt het zeker: er komt een federaal Europa. De economieën van China, India, Brazilië etc. dwingen dit af.

Bij Verhofstadt bepalen niet systeemimmanente factoren de toekomstige geschiedenis, maar is het de omgeving (van Europa) die de toekomst dicteert. Ook hier is de onderbouw bepalend en sprake van noodzakelijkheid. Dit moet toch een liberaal vreemd overkomen.


Bij zoveel onvermijdelijkheid is ook altijd de vraag waarom überhaupt nog argumenteren? Men kan rustig achterover leunen; de geschiedenis gaat immers zijn eigen gang.


rkh, 08-09-2011

maandag, september 05, 2011

Omgaan met complexiteit: aanslaan op "TE"

Kun je ook goede vragen stellen zonder te weten waar je het over hebt? Ja, dat kan. Wanneer bijv. overmaat de klacht is, kan altijd de vraag naar de grens worden gesteld én de vraag naar de ware aard van de klacht in kwestie.

Het woordje "te" is hier de trigger (hoewel soms hertaling nodig is).


Als minister van bestuurlijke vernieuwing zei Pechtold in oktober 2005: "We moeten eens minder kakelen over terreurdreiging". Wat zich laat lezen als: "Er wordt te vaak en te veel gesproken over terreurdreiging".

De voor de hand liggende en niet bijster interessante vraag is dan: "Wanneer precies wordt 'te veel en te vaak' gekakeld over terreur?". Dat is een vraag naar de grens die tot antwoord noodt en zonder kennis van zaken is te stellen.


Bij een klacht van overmaat is altijd de vraag of er wel een grens is. Men is tegen "dik in het algemeen" en zegt tegen "te dik" te zijn. De klacht van "te dik" verhult dan een algemener bezwaar. Dit verhullend taalgebruik moet aan de kaak worden gesteld.

Pechtold kan dus naar de ware aard van zijn klacht gevraagd worden: "Maar tegen gekakel over terreurdreiging op zich heeft u kennelijk niets?". Een goede vraag (ook omdat dit Pechtold confronteert met zijn eigen woordkeus).


Op het verwijt van "disproportioneel geweld" (te veel geweld) kan gereageerd worden met: 1. "Wanneer precies wordt geweld disproportioneel?" (vraag naar de grens) en 2. "Tegen proportioneel geweld heeft u kennelijk niets?" (vraag naar de ware aard van het verwijt).


rkh, 04-09-2011

maandag, augustus 29, 2011

Wat moet ik niet doen?

De tweede vraag van Kant was: "Wat moet ik doen?".* Natuurlijk -en waarschijnlijk voor minder geld- kan ook de vraag gesteld worden: "Wat moet ik niet doen?".

De guldenregel adviseert voor een antwoord bij jezelf te rade te gaan. Dat resulteert in: "Ik lieg niet, omdat ik zelf niet bedrogen wil worden", "Ik sla niet, omdat ik zelf niet geslagen wil worden", etc.

Samengevat: "Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet".**


Aan de hand van de guldenregel kun je uitvinden (heuristiek) hoe niet te handelen. Deze regel is dus een bron van kennis.

Maar elke logica ontbreekt bij de concretiseringen, ondanks de schijn van het tegendeel door dat "omdat". Want het één volgt niet uit het ander en tussen bijv. "er op los meppen" en "zelf niet geslagen willen worden" zit helemaal geen tegenspraak.


Dus "ik sla niet, omdat ik zelf niet geslagen wil worden" ontbeert logica. Daarentegen "ik sla niet, opdat ikzelf niet geslagen worde" heeft meer logica en dit advies resoneert ook mee. De rationale is, dat als je er zelf op los mept ook anderen misschien die vrijheid nemen.

Kortom, het is welbegrepen eigenbelang om je te gedragen en dat doe je dan in de hoop dat anderen volgen.

In een natuurtoestand -en dat kan een burenruzie zijn- lukt wederkerigheid alleen als beide kanten belangen hebben en de "contractanten" gelijkmachtig zijn.


* De andere vragen waren: "Wat kan ik kennen?" en "Wat mag ik hopen?".


** De nadruk op "ik", "doen" en "niet" is bijzonder als ook het ontbreken van "moeten".


rkh, 29-08-2011

vrijdag, augustus 26, 2011

Ieder zijn rol

Een politicus is woordvoerder namens zijn kiezers. Hij moet hun wensen, belangen, idealen, onvrede en angsten vertolken. Een politicus moet een maatschappijvisie uitdragen, die de hunne is en ook de zijne was toen hij werd gekozen.

Rouvoet keerde zich -na de verkiezingen- tegen "het maatschappelijke sentiment dat we niet te veel moslims moeten hebben". Maar namens wie sprak hij?


Oproepen van derden om "moed" te tonen en tegen de eigen achterban in te stemmen zijn politiek begrijpelijk, maar daaraan gehoor geven is moreel* verwerpelijk. Dergelijke oproepen worden gedaan onder het mom van "algemeen belang", "onvermijdelijk" of "rechtsstaat". Dat is retoriek.


Een politicus moet rolvast zijn en niet meegaan met anderen als gevolg van groepsdynamiek. Het is niet goed voor het land, de politiek en de politicus zelf als hij uit zijn rol valt, bijv. wanneer hij plots het zgn. algemeen belang van anderen, als gegeven neemt. Consensus is de dood in de pot. Zonder strijd geen vooruitgang.


We zouden ook raar opkijken als een advocaat zijn cliënt van wandaden beschuldigt of als een officier van justitie met verzachtende omstandigheden komt. Ieder zijn rol.

In de rechtbank is het de rechter die uiteindelijk beslist. In de politiek is het een kwestie van stemmen tellen.


* Anders stemmen is niet strafbaar, want een politicus zit er -volgens de grondwet- zonder last.


rkh, 24-08-2011


vrijdag, augustus 19, 2011

Over dominantie van culturen

Waarom zien we Obama niet gewoon als witte man? Zijn vader was zwart, maar zijn moeder was -bij wijze van spreken- witter dan wit. Toch wordt hij "de eerste zwarte president van Amerika" genoemd. Vanwaar deze asymmetrie tussen zwart en wit?


Antwoord: omdat wij (wit & zwart) vanuit een wit perspectief kijken. Wit is de norm. Wie daar buiten valt, is niet-wit. Obama wijkt af en kan daarom niet als wit gezien worden.

Zou zwart dominant zijn (bijv. omdat donker Afrika op alle fronten het machtigste land is) dan zou Obama voor ons (zwart & wit) wit zijn, want niet-zwart. Hij wijkt af van de norm en zou dus niet als zwart gezien kunnen worden.

Niemand noemt Obama "kleurling". Dat geeft kennelijk te weinig aan wat hij niet is.


Hetzelfde met de ontdekking van onbekende soorten in exotische oorden. De inboorlingen zijn er natuurlijk al eeuwen mee bekend. Alleen vanuit een westers perspectief zijn het onbekende soorten, die nu pas worden ontdekt. Iets bestaat pas als het met Westerse ogen is gezien.


Operazangeres Tania Kross ging op zoek naar haar roots. In de stamboom komen slaven én slavendrijvers voor. Ze koos voor de slachtofferrol. Kross -afstammeling van onderdrukkers- had op TV haar excuses kunnen maken aan de nazaten van slaven, maar ze koos dus anders. Weer die asymmetrie. Dat ze deze keuze maakte en dat deze keuze niet opviel, is omdat in onze cultuur slachtofferschap in hoog aanzien staat.


p.s.: In dit verband moet natuurlijk wel de term "oriëntalisme" vallen. Bij dezen.


rkh, 17-08-2011

maandag, augustus 15, 2011

Voor als-dan geen antwoord

Als een meerderheid de sharia wil, dan komt hier de sharia. Dat is -volgens Donner- democratie. Max van Weezel stelde de als-dan-vraag en Donner gaf antwoord en dat zonder mitsen en maren. Een normaal antwoord op een als-dan-vraag, is in de politiek uitzondering.


Wilders vroeg eens bij de Algemene Beschouwingen de fractievoorzitters van de CU en het CDA wat zij dachten van 1 miljoen moslims extra. Een goede vraag, volgens mij. Maar Slob en Van Geel gingen meteen vol in de aanval; dat Wilders bevolkingsgroepen tegen elkaar opzet en zo. Maar antwoord kreeg Wilders -en kregen wij- dus niet.

Slob en Van Geel hielden in ieder geval nog de schijn van debat op. Meestal is immers het antwoord: "Op als-dan-vragen ga ik niet in"*.


Niet antwoorden getuigt in elk geval van intellectuele armoe**. Maar het zwijgen of het nietszeggen bij belangrijke keuzes is ook rationeel, omdat er uiteindelijk toch geen verweer is. (Probeer maar eens een verbod op polygamie te verdedigen.)


Politici geven altijd hoog op van debat, discussie en dialoog. Maar hun manifeste afkeer van scenario-denken toont dat ze zichzelf niet kennen.


* Het gemak waarmee dat wordt gezegd en geaccepteerd, verbaast en stemt droef. Onbewust wordt waarschijnlijk gerefereerd aan "as is verbrande turf". Maar daar gaat het over het verleden (was ik toch maar met mijn buurmeisje getrouwd!) en niet over de toekomst (halen we Turkije er bij?).


**Alleen in heel bepaalde omstandigheden is zwijgen opportuun.


rkh, 14-08-2011

vrijdag, augustus 12, 2011

Niet iedereen is allochtoon

Voor Pechtold ben ik oudkomer*, hoewel mijn familie hier -bij wijze van spreken- al eeuwen woont. Dat verrast. Hoe komt hij aan dit inzicht?


De term "nieuwkomer" bestond al, maar daar is "oudkomer" recentelijk bij gekomen. Verandering in de eisen aan immigranten noopte kennelijk tot differentiëring. "Oudkomer" is dus van belang voor juristen en de asielindustrie.


Door mij "oudkomer" te noemen, geeft Pechtold -terloops en op slinkse wijze- een heel eigen invulling aan dat begrip en maakt hij een statement. Voor hem is er geen verschil tussen iemand als ik en een "oude nieuwkomer". We zijn uiteindelijk allemaal "komers". Oud of nieuw, het doet er niet toe. We zijn allemaal allochtoon!


We zien hier bij Pechtold het gelijkheidsdenken aan het werk, culminerend in: Iedereen allochtoon.

Een mooie gedachte natuurlijk, alleen ik voel dat niet zo. Ik voel mij geen allochtoon en ongetwijfeld velen met mij. Dat zou Pechtold gewoon als politiek feit moeten accepteren, maar helaas is hij het pragmatisme voorbij.



* Dit haal ik uit de enigszins krakkemikkige opsomming: "... volgende generatie, zwart en wit, oudkomers en nieuwkomers, iedereen...". Op 2/8/11 was Pechtold bij Twan Huys te gast in Nieuwsuur.

Maar Pechtold is niet de enige die zo denkt. Maarten van Rossem was op TV op zoek naar zijn roots en was blij verrast toen ook hij niet vrij van vreemde smetten (mijn woorden, rkh) bleek.


rkh, 11-08-2011

woensdag, augustus 10, 2011

Het verschil tussen sprinkhanenplaag, criminele organisatie en haatpaleis

Joop Wijn vergeleek -als bewindspersoon- het optreden van een hedgefund met een sprinkhanenplaag.

Voor advocaat Jan Boone is de R.K.-kerk een criminele organisatie die verboden moet worden.


Niemand stoorde zich aan de overdrijving, de generalisatie en het pejoratief woordgebruik. Althans, ik heb er niemand over gehoord. Ook werd geen link gelegd met WOII.

Maar als Wilders roept "haatpaleis" dan is Pechtold meteen over de rooie: "Meester, hij doet het weer!"*.


Alle drie de heren beschrijven (een deel van) de werkelijkheid (feit), geven uiting aan hun afkeer (emotie) en roepen al dan niet impliciet op tot actie (oproep). Het enige verschil is, dat bij Wilders voor sociale onrust wordt gevreesd. Het gaat dus helemaal niet om waarheid of fatsoen, of Wilders ongelijk heeft en beledigt.


Er van uitgaande dat Pechtold (uiteindelijk toch) geweld van moslims vreest, mag hij met recht islamofoob genoemd worden.


* Meester Rutte moet er van Pechtold iets van vinden.


rkh, 09-08-2011

dinsdag, augustus 09, 2011

De kromtaal van Doekle

Op de website van de Telegraaf wordt Doekle Terpstra geciteerd: "... maar die 30 procent is tegenvallend fors.” Dat is -volgens mij- geen normaal Nederlands.

Ik herinner mij meer kromtaal van de sociaal academicus en google op de combinatie "Doekle Terpstra" en "kracht":


"leerde ik mensen in hun kracht te helpen"

"zorgen dat mensen in hun kracht blijven"

"(als debater) staan in je kracht"

"wij gaan Inholland weer in z'n kracht zetten"

"en dat ik dan als het ware in de kracht van mijn verhaal zit"


Waarom hij dit doet, waar hij het vandaan heeft? Ik zou het niet weten, maar hij "verkracht" zo wel onze taal.


rkh, 09-08-2011

zaterdag, augustus 06, 2011

Pechtold als retor

Pechtold is een goed spreker. Ik mag hem* dan ook graag horen. Maar in het gevecht met Wilders faalt de retoricus. Dan gaan alle remmen los en verliest Pechtold het contact met de werkelijkheid.


Een goed retoricus zal onwelgevallige feiten omduiden, maar nooit negeren. En dat laatste doet Pechtold en daarmee en daardoor overtuigt hij andersdenkenden niet. Het schiet ook niet op om tegenover "het glas is leeg" "het glas is vol" te zetten.


"Haatpaleizen" is voor Pechtold de nieuwe rode lap waar hij vol op induikt. Dat mag gezegd, noch gedacht worden. Want beledigend voor een bevolkingsgroep.


De boodschap die de opgewonden Pechtold communiceert, is: "Nix aan de handa. In moskeeën hier wordt het antiwesters sentiment en de jodenhaat niet gevoed". Helaas voor Pechtold, maar de meeste mensen weten beter. En dat is geen weten, dat zich zomaar laat wegblazen.


* Anders dan Femke Halsema die dichotomisch denkt en etiketten plakt.


rkh, 05-08-2011

donderdag, augustus 04, 2011

Het idealisme van Pechtold

Vroeger verklaarde D66 zich uitdrukkelijk voorstander van de pragmatische aanpak: geen ideologische praatjes, maar handelen naar bevind van zaken. Als het om Wilders gaat, dan blijft onder de huidige partijchef van deze aanpak weinig over.


Pragmatisch zou zijn om bijv. gewoon te accepteren*, dat veel Nederlanders veel Marokkaanse medelanders niet leuk vinden**. Zachtjes uitgedrukt. Maar Pechtold legt zich daar niet bij neer. Er moet en zal worden omgedacht. Op dit punt toont hij zich idealist, die het beter weet en zich moreel superieur waant. Tant pis pour la réalité.


Pechtold brengt zelf de integratieproblematiek terug tot wat geruzie over etensgeuren in het gemeenschappelijk trapportaal. Wie zo denkt, kan Wilders niet begrijpen en begrijpt ook niet waarom 63% van de Nederlanders zich zorgen maakt over de toenemende invloed van de Islam in West-Europa (tegen 26% van de aanhangers van Pechtold, De Hond 07/2011).


Nu verwijt Pechtold Wilders weer doemdenken. Maar de retoriek van Pechtold slaat steeds stuk op de realiteit van alle dag, die zich van Wilders niets aantrekt.


Het zou goed zijn wanneer Pechtold terugkeert tot het D66 pragmatisme van weleer en ruimte laat voor het "agree to disagree". Ook het kroonjuweel van de multiculturele samenleving kan uit de etalage.


* "Wen er maar aan", zei Bos over de presentie van immigranten.

** Voor de dood van Van Gogh werd in het Amsterdam van Cohen gewerkt aan de brochure "Marokkanen zijn leuk". Om begrijpelijke redenen is het boekwerk nooit uitgekomen.


rkh, 03-08-2011

maandag, augustus 01, 2011

Van Lanschot, vreemdganger

De diplomaat Robbert van Lanschot doet in het boek "Café Mogadishu" verslag van zijn gang door het andere Nederland. Geen cijfers, geen analyse, geen beschouwing.

Aan het eind van het voorwoord vraagt hij zich af of Nederland de nieuwe Balkan wordt. Op de Balkan ging het mis, terwijl de sociale en culturele verschillen daar toch aanmerkelijk minder schril zijn. Er is geen nawoord, dus ook geen woord van hoop of troost. Blijkens het motto van het boek is het mooi een vreemdeling te ontmoeten.


Van Lanschot constateert parallelle samenlevingen. Autochtonen trekken weg uit wijken. De allochtone middenstand neemt het over en maakt de wijk zelfvoorzienend.

Ten tweede: Moslims worden conservatiever. Moskeeën (al dan niet gebouwd met buitenlands geld) en bibliotheken hebben een aparte ingang voor vrouwen. Het concept van de poldermoskee van Cheppih is mislukt. Geloofsafval wordt steeds meer een probleem. Het nieuwe kijken is in opkomst, d.w.z. dat moslima's wegkijken bij het naderen van een vreemde man.

Ten derde is uit het boek een toename van antiwesters sentiment te halen. Er wordt aangeraden kinderen niet mee te laten doen met sinterklaas. Geen felicitaties bij kerst of nieuwjaar. Op een lijst met wensen voor ramadan staat: "minder westers kleden". Verwesterde meisjes zijn niet in. Voor ondernemers is het meebouwen aan kerken haram. Vroeger werkten moslims nog gewoon in varkensslachterijen. Sommige Turken werken zwart en geven hun tweede huis in het thuisland niet op. Want Nederlanders zijn varkens en bijstand is christelijk geld. Aldus een Turkse Nederlander die ook de beoefening van takiye bevestigt. Een alleen Turks sprekende imam leert dat Nederlanders onrein zijn, want ze wassen zich niet islamitisch (een les die officieel moest gaan over Nederlandse waarden en normen, maar vooral een koranles was). Oud-leerlingen zien een zeer geëngageerde hulpverleenster niet meer staan.


De overheid grossiert onderwijl in mooie woorden: parels van integratie, comité van parelvissers, krachtwijk, fietsdocent. Volgens Van Lanschot weet de overheid niet wat er gebeurt, omdat zij verkeerd wordt voorgelicht. Anderzijds wordt de EU door diezelfde (Amsterdamse) overheid wel voor het lapje gehouden. Wat evengoed takiye is (zeg ik dan) en juist wetendheid vooronderstelt. Het moskeeverzamelgebouw (multifunctioneel centrum) zou naar werk begeleiden, maar herbergt moskeeën en een madrasa. De (Turkse en Marokkaanse) moskeebesturen worden plots migrantenorganisaties. Men had overigens liever dat Van Lanschot niet meer langs zou komen, ondanks wervende teksten en subsidie.

Eén keer noemt hij Wilders. Dan gaat het over politici die zich afvragen waar we tekortschieten wanneer zo vele Somaliërs met Nederlands paspoort doorreizen naar Groot Bretanje. Een grapje dat de samenleving zo 0.5 miljard heeft gekost. Je zou haast op Wilders gaan stemmen, verzucht hij dan.


rkh, 30-07-2011

zaterdag, juni 18, 2011

Een betoog is een verhaal

Het komt natuurlijk vreemd over: Iemand houdt een betoog met de nodige onderbouwing. En dat dan gevraagd wordt: "Waarom dit verhaal. Waarom deze stellingname? Waarom gekozen voor deze argumenten, voorbeelden, analogieën?".

Dus een simpele waarom-vraag i.p.v. kritiek, etiketteren, vragen naar de waarheidswaarde of komen met een eigen verhaal.


Een ontregelende vraag, want de spreker meende -in alle oprechtheid- klaar te zijn. Een beetje een gemene vraag ook, want argumenten geven voor argumenten dat is een gebed zonder end.


Het ware beter geweest, wanneer de film Fitna als verhaal zou zijn geaccepteerd of beter: als een verhaal. Dat het oordeel was opgeschort ( "einklammeren" heet dit tussenhaakjes zetten van de werkelijkheid bij Husserl). En dat nieuwsgierig was gevraagd naar het verhaal achter het verhaal, naar het wereldbeeld en naar de gronden van het engagement.


Dit is duidelijk niet de insteek van de zgn. inquisitie-journalistiek. Nee, het Fitna-verhaal bijv. mocht niet worden verteld (en meteen zegt iemand: "Dat mocht wel!") en moest kapot. Menigeen waande zich verzetsstrijder en voelde zich tot een mening verplicht.


Ik pleit voor meer maieutiek in de journalistiek. Een journalist zou meer vroedvrouw moeten zijn, zodat de geïnterviewde zijn verhaal kan doen en tot zijn recht komt.


rkh, 16-06-2011

vrijdag, juni 10, 2011

Rouvoet, jurist

Het verbaast Rouvoet dat hij tegenover liberalen die een teveel aan Islam/moslims suggereren, de vrijheid van godsdienst moet verdedigen. Dat begrijpt hij niet. [P&W, 29-04-2011].


Dit is typisch het onbegrip van een jurist die heeft geleerd in termen van Gelijkheid te denken, waarbij van inhoud wordt geabstraheerd. Alle godsdiensten moeten de jurist even lief zijn. Zo staat geschreven en dat is heilig.


Deze juridische kijk bepaalt het wereldbeeld van Rouvoet. Over de zwarte kant van de Islam wordt dan ook niet gerept. Nix aan de handa (Reve) wat dat betreft.

Maar als politicus moet Rouvoet natuurlijk ook wat vinden, dus krijgen de "populisten" de schuld. Hij keert zich dan ook tegen "het maatschappelijk sentiment dat we niet te veel moslims moeten hebben".


Het is deze juridische benadering die hem van zijn achterban heeft vervreemd. Die kijkt TV, hoort radio en leest de krant en denkt: "Nog meer moslims? Over mijn lijk".

Met recht kan gezegd worden dat de herder van de kudde is afgedwaald.

rkh, 03-04-2011

donderdag, juni 09, 2011

Een nieuwe dooddoener

De uitdrukking "fact free policy" is in opkomst. Wie de uitdrukking gebruikt, beweert iets: namelijk dat sommige politici zo maar iets zeggen zonder basis in de feiten. Waar is deze bewering zelf op gebaseerd? Wat zijn de feiten?

Volgens mij, doet iemand die wil overtuigen altijd beroep op feiten. De liefhebber van polygamie bijv. zal zeggen, dat deze constructie weduwen beschermt, dat veelwijverij het libido van de man beteugelt etc.
Het kan zijn dat je iets geen feit vindt, dat feiten niet kloppen of dat je het er niet mee eens bent. Maar een politieke stellingname is nimmer "fact free", althans niet voor alle partijen. Zie ook het kernenergie-debat of het debat over een verbod op ritueel slachten. Een discussie gaat tegenwoordig niet meer zonder een beroep op wetenschappelijke rapporten. Sterker nog: er is de neiging wetenschap te laten beslissen (Maar zoals Martin Sommer opmerkt: "Feiten nemen geen besluiten").

"Fact free policy" is -net als "onderbuik", "irrationeel", "populisme" en "extreem-rechts"- een etiket waarmee de etikettenplakker kenbaar maakt ergens niet mee eens te zijn. Niets meer en niets minder. Er wordt niets beschreven, behalve dan de gemoedstoestand van de plakker.
De keuze voor dergelijke pejoratieve woorden/uitdrukkingen is politiek bepaald.

Het verwijt van "fact free policy" is dus -volgens mij- het enige voorbeeld van "fact free policy". Het verwijt is namelijk nergens op gebaseerd.

rkh, 07-06-2011

woensdag, april 20, 2011

Een discursief volkje

Grote veranderingen gaan in Nederland niet gepaard met groot verzet. Denk aan de onderwijsdemocratisering van '70. Denk aan het gekraak en het gedoog. Denk aan het homohuwelijk.
Waarom heeft de zwijgende meerderheid geen verweer en is er geen verzet, terwijl ze toch wel tegen is?

Ter verklaring wordt meestal verwezen naar de traditie van tolerantie en die van 'wegkijken'. Dat zal allemaal waar zijn. Maar de afwezigheid van een verzetstraditie heeft er ook mee te maken dat we een "discursief volkje" zijn. En misschien is deze discursieve inslag wel funderend voor de tolerantie en onverschilligheid.

Met "discursief volkje" bedoel ik, dat wij -Nederlanders- alles willen beredeneren. Wij stellen rede boven intuïtie, ratio boven emotie, woord boven zweep.
We willen redeneren, maar ontdekken dan algauw dat we geen verweer hebben, dat we niets te zeggen hebben. En dat heeft er mee te maken dat wat is, net zo goed niet had kunnen zijn en omgekeerd. De wereld hangt van contingenties aan elkaar en dan is het moeilijk redeneren.

Het heeft niet veel gescheeld of we hadden nu een pedo-vriendelijke wetgeving en praktijk gehad. Met de zegen van Hirsch Ballin en Rabbae en de zwijgende meerderheid zou het hebben geslikt. Dat het uiteindelijk niet doorging, heeft niets met argumenten te maken, maar alles met toeval, namelijk met Dutroux.

rkh, 18-04-2011

woensdag, april 06, 2011

"Mensen die kunnen en willen werken"

Ik hoorde afgelopen weekend bovenstaande uitdrukking weer eens langskomen*. De uitdrukking irriteert. Ik hoor er begrip voor werkweigeraars in. Hoe kan dat?

Er wordt niet gezegd: "Mensen die (graag) willen werken ....". Dan is het duidelijk en heb ik geen punt.
Maar de zinsnede is: "Mensen die kunnen en willen werken". Wat voegt "kunnen" toe?

Is het om te onderscheiden van "Mensen die niet kunnen werken, maar wel willen werken"? Dat is een categorie die aandacht behoeft, maar is hier niet het onderwerp.

Of is het om te contrasteren met "Mensen die wel kunnen, maar niet willen werken"? Maar daar hebben we "kunnen" helemaal niet voor nodig en verder is het geen reëel alternatief om tegen af te zetten en daarmee de onderhanden uitdrukking betekenis te geven. Toch resoneert deze variant mee.

Door "kunnen" toe te voegen, krijgt "willen" ("kunnen én willen") extra nadruk en daardoor lijkt "niet willen" een reële mogelijkheid. Zoals ook een al te expliciet "ik heb het niet gedaan!" verdenking oproept.
"Mensen die kunnen en willen werken" suggereert dat er iets te kiezen valt. Dat uitkering of werk de keuze is die voorligt.

Het is SP-jargon. Een SP'er ziet immers niet graag dat een werkeloze verplicht wordt lang te reizen, beneden zijn niveau te werken of loon in te leveren**. Het willen is conditioneel.
Subliminaal krijgen we het SP-gedachtegoed zo toch nog binnen: mensen zijn zielig, het is allemaal de schuld van het kapitaal.

* Waarschijnlijk hoorde ik dat uit de mond van Dennis de Jong (SP-lid van het Europees Parlement) die net het armoede netwerk had bezocht.
** Enquête van De Hond.
rkh, 04-04-2011

zondag, april 03, 2011

Drie missers op 1

In het NOS-radio 1-journaal van 29 maart is naturalisatie één van de onderwerpen. Donner stelt een aanscherping van de eisen voor. Er moet beter gekeken worden naar inkomen, taalvaardigheid en beroepskwalificatie.

De aanscherping zou -volgens Donner- de nieuwe Nederlander "maximaal stimuleren mee te doen in de samenleving". Dat is de eerste misser. Want, waarom moeten WIJ iemand stimuleren die hier uit zichzelf naar toe is gekomen? Wie stimulering behoeft, moet vooral wegblijven. Verhullende taal houdt de burger voor gek.

De verslaggevers van dienst Laura Rensen en Marcel Oosten kiezen voor de aanval, maar dan vanuit een zeer bepaalde hoek, namelijk die van "kan niet, mag niet". Dat is de tweede misser. Dus bijv. geen vragen over wat een nieuwkomer met een minimumloon (de minimum eis) bijdraagt en of heffen van een toegangsprijs niet voor de hand ligt.
Hier wordt vanuit de nieuwkomer gedacht, niet vanuit de samenleving.

De derde misser is de Maastrichtse hoogleraar rechtsvergelijking René de Groot om commentaar vragen. Volgens mij een vakidioot die niet zelf over (het) recht heeft nagedacht, slechts reproduceert wat staat geschreven en angstvallig binnen de lijntjes kleurt*.
De geleerde vermoedt dat kwalificatie-eisen stellen, indirecte discriminatie is. Want vrouwen zullen hier eerder slachtoffer van worden dan mannen.
Ook de inkomenseis is -volgens hem- een wassen neus. Want volgens Europees recht heeft in principe iedereen die hier meer dan 10 jaar verblijft, recht op een Nederlands paspoort.
Exit Donner. De Groot stelt beide verslaggevers niet teleur.


* Een paar jaar terug schreef De Groot een stuk over het dubbele paspoort. Vervolgens werd hij overal uitgenodigd tot aan Buitenhof toe. Zijn optreden vond ik steeds zwak. Bij Mieke van der Wey in het Oog kon hij geen enkel probleem met dit -volgens mij- juridisch monstrum bedenken.
Lange tijd niets meer vernomen en zie daar. Twan Tak uitnodigen had een ander verhaal opgeleverd.

rkh, 02-04-2011

donderdag, maart 31, 2011

Op naar de politiestaat

Mensen van ADO Den Haag zongen op een feestje uit volle borst "We gaan op jodenjacht" en "Hamas, Hamas, alle joden aan het gas". Reden voor Buitenhof om hier op 27/3 aandacht aan te besteden.

Simon Kuper* gooit het op wetgeving en strikte handhaving. Voor spelers en functionarissen ziet hij in dezen uitdrukkelijk geen taak; het is een taak van de overheid.

Dat is tegelijkertijd een misverstand en een gemiste kans. Want een cultuur, een mentaliteit verander je pas echt wanneer prominenten, iconen en idolen zich op het juiste moment in waarderende of afkeurende bewoordingen** uitspreken.
Waarden en normen sla je er niet in. Alleen een politiestaat kan de schijn van succes hooghouden.

Kuper claimt dat de remedie van wetgeving en handhaving in Groot-Brittannië succesvol is; in het stadion wordt niet meer met bananen gegooid. De vraag hoe het er dan buiten het stadion aan toe gaat, werd in Buitenhof niet gesteld, dus ook niet de vraag of we een politiestaat willen ja dan te nee. Kuper lijkt in ieder geval voor de politiestaat te kiezen.


* Een Brit, die zijn jeugd in Nederland doorbracht.

** Zo had Balkenende -de man van waarden en normen- zich over het Nederlands voetbal in Zuid-Afrika moeten uitlaten. Met name over Nigel de Jong (een Antilliaanse Nederlander) die er geen been inziet een ander letterlijk de poten te breken.
p.s.: Heeft er al eens iemand opgewezen dat "Balkende" een mooi voorbeeld is van het inslikken van lettergrepen?

rkh, 31-03-2011

maandag, maart 28, 2011

Pechtold en de dissonanten

Tegenstrijdige informatie geeft cognitieve dissonantie. Tegenstrijdigheden moeten worden opgeheven op straffe van kortsluiting in het hoofd. De strategie is daarbij om wat niet uit komt klein te maken, wat positief is uit te vergroten en vol op het orgel te gaan jegens andersdenkenden.

Hoe gaat bijv. een Pechtold om met stuitende berichten uit de multiculturele samenleving? Bloeme Evers (moeder van de rabbijn) die het voor de Joden in Amsterdam somber inziet (Trouw). Twee psychiaters van Turkse komaf die de samenleving voor miljoenen tillen (Telegraaf). Goudse jongeren die hun minachting (?) voor Hollandse meisjes botvieren (Powned). Enthousiaste, witte leraressen die het klimaat op het pas opgerichte Islamitisch college Amsterdam al na één jaar zien veranderen, die zich vernederd en geïntimideerd voelen en begrijpen waarom de AIVD belangstelling heeft voor de school (Argos). Hafid Bouazza die geen moskee er meer bij wil (HP).

De integratieproblematiek reduceert Pechtold tot een ruzie over vreemde etensgeurtjes in een gemeenschappelijk trapportaal. Bij incidenten gaat het steeds om kleine aantallen, om puberende jongens die gediscrimineerd worden en sowieso altijd om incidenten. En zo redeneert Pechtold wat niet uit komt, klein.

Ons wordt erop gewezen hoe goed allochtonen -met name de meisjes- het doen op universiteiten en hogescholen en hoe schrijvers van Marokkaanse afkomst Nederland verrijken.
De opstand in het Midden-Oosten zien mensen als Pechtold als bewijs daarvoor dat alle mensen uiteindelijk allemaal hetzelfde willen en dat democratie en Islam samengaan.
Wat positief is/lijkt, wordt naar voren gehaald en uitvergroot.

Pechtold wrijft Wilders persoonlijk de tweespalt in de samenleving aan en het vertrek van hoogopgeleiden Turkse Nederlanders. Wilders-bashen is het unique selling point geworden van D66.

rkh

vrijdag, maart 25, 2011

Margriet en Omama. Over morele dissonantie.

Casus: Een alleenstaande Harlingse van 63 bevalt van een dochter. De biologische vader en moeder zijn onbekend. De vrouw is bij haar project geholpen door Severino Antinori.
Iedereen heeft over het geval een mening. Maar of iedereen ook zijn eigen mening geeft, is een tweede. Want de druk van de peers is groot.

In Stand.nl van 23/3 maakt Margriet van der linden er in elk geval een potje van.
Ik noteer*:
"Het aantal gevallen is niet hoog, dus geen reden voor ophef."
"Knappe koppen hebben hier tot een leeftijdsgrens van 45 jaar besloten. Maar het is wel discriminatie."
"Oude mannen krijgen ook kinderen en daar heeft niemand het over."
"Het kan, dus waarom niet?"
"Medische deskundigen hebben 45 jaar als grens gesteld, maar in hun rapport niets gezegd over de zieligheid van het kind." (2x)
"Er zijn medische risico's, maar kennelijk is het hier goed gegaan".
"Ik geloof niet dat ik dit tegennatuurlijk vind. In vitro bevruchting en invriezen is ook niet natuurlijk."

Ik wijt dit gestuntel aan morele dissonantie. Als hoofdredacteur van Opzij, als feministe en als praktiserend lesbienne -en dus "progressief"- mag ze Tineke Geessink niet afvallen. Maar anderzijds draagt ze haar zwaar christelijke achtergrond mee. Een broer van haar is zelfs dominee.

n.b.: "Omama" heb ik niet zelf bedacht.

* Het is voor een deel mijn vertaling, maar de inhoud klopt wel.

rkh, 24-03-2011

woensdag, maart 23, 2011

Meningenrelativisme

Je hebt meningen en onderbouwde meningen. Maar tussen beiden is weinig verschil. Want waarom iets wordt weggelaten en een ander iets de nadruk krijgt, dat alles vind je niet terug in de onderbouwing zelf. In die zin is een onderbouwing geen argumentatie, maar toelichting. Dus blijft onverklaard, waarom voor deze en niet voor een andere mening is gekozen. Dat is althans mijn mening.

De verklaring moet elders worden gezocht. Welke mening je kiest, hangt af van de gekozen lifestyle. Je wilt ergens bijhoren én niet voor ouderwets, conservatief of erger worden uitgemaakt. Je denkt wat je denkt dat anderen denken en je voelt je er wel bij. Kwestie van gewoon aanhaken bij een bepaald discours.
Kudo's voor wie met een eigen mening komt. Alleen, hij wordt niet gehoord.

De paradigmashift in de waardering van de pedofiele praktijk is illustratief. Wat tot voor kort "argument" ten faveure was, komt ons nu voor als loze praat, zwaar achterhaald en volkomen belachelijk en abject. "Iedereen vond dat toen" is nu het laffe verweer.
Mohammed Rabbae wilde in 1995 geen vervolging van bezitters van (een kleine hoeveelheid) kinderporno, want -zo rationaliseerde hij- er kan kunst tussen zitten. Zelfs een Hirsch Ballin stelde in 1992 voor een verbod op seks met 12 jarigen en iets ouder uit het wetboek van strafrecht te halen.
Femke Halsema -die altijd voor de rechtsstaat zegt te staan- heb ik (bij mijn weten) niet gehoord toen de pedofiele student Norbert de Jonge in 2006 de toegang tot de studie Pedagogiek werd ontzegd. Maar dan is het alweer jaren later.
Het kan verkeren.

rkh, 22-03-2011

maandag, maart 21, 2011

We pikken het niet meer

De Hogeschool van Amsterdam heeft erkend handweigeraar Nourdin Belhadi ontslagen. Na een bezoek aan Mekka werd het de docent bedrijfseconomie duidelijk dat het haram is een vrouw de hand te schudden. "Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald" zullen we maar zeggen.

Toch curieus dat ontslag, want meestal wordt naar een maatschappelijk probleem met een juridische, rechtsstatelijke blik gekeken. Dat is een benadering waarin het individu en de gelijkheidsidee centraal staan. De conclusie is dan dat een verbod op handweigeren onmogelijk en onwenselijk is, en vervolgens blijft alles hetzelfde. Met een zekere graagte mag men daarbij naar internationale verdragen verwijzen. Maar nu staat ineens de (waarden)gemeenschap centraal en is het: "Waar een wil is, is een weg".

Bestuurders houden niet van problemen en kijken daarom weg. Alleen onder druk wordt bewogen en wordt zelfs de Rechtsstaat vloeibaar. Die druk kwam er en wel van de kant van de media (met name de schoolkrant, Powned en GeenStijl), van collega's van de weigeraar, de ondernemingsraad, burgemeester Van der Laan en natuurlijk van Wilders en zijn aanhang.
De affaire liep zo uit de hand dat de bestuurders kozen voor het gemeenschapsdenken i.p.v. het liberale denken. Dat werd tijd ook, want het liberale denken verstoort al heel lang het natuurlijke proces van enculturatie.

Het bijzondere aan deze case is dus, dat iemand wordt ontslagen, omdat anderen hem niet (meer) echt leuk vinden en zijn waarden, normen en gedrag niet pikken. Dat mag met recht een paradigmashift genoemd worden. Misschien dat eindelijk het besef doordringt dat wat een gemeenschap tot gemeenschap maakt, meer is dan de taal spreken en je aan de wetten houden.
Maar het rechtsstatelijk denken blijft opspelen, want men begeleidt de jongen wel naar een nieuwe baan.

n.b.: Het wachten is op een school die de handweigeraar ostentatief een baan aanbiedt.

rkh, 17-03-2011

vrijdag, maart 18, 2011

De cultuur wegverklaard

Cultuur als verklaring voor gedrag wordt steeds minder geaccepteerd. Want iedereen is tegenwoordig individu, d.w.z. dat iedereen uniek is en zonder verleden of verbanden. Verwijzen naar cultuur maakt iemand lid van een groep en dat is in dit tijdsgewricht not done.
Met deze laatste opmerking is cultuur als verklaringsgrond wegverklaard. Maar dat blijkt toch niet altijd te lukken. Er blijven vragen.

Volgens Ype Poortinga, hoogleraar crossmediale psychologie te Tilburg, is de kans op massahysterie in Japan klein, maar heeft dat niets met cultuur te maken (VK, 17/03/2011). De situatie is bepalend. Japanners gaan daarvan uit en zijn dus op rampen voorbereid.
Maar de vraag blijft natuurlijk, waarom Japanners zich voorbereiden en zich gedisciplineerd gedragen. Hoe anders was dat in New Orleans en Haïti.

Eerder schreef ik over de criminoloog Frank Bovenkerk. Het systematisch liegen door Marokkanen voor de rechter had -volgens hem- niet met cultuur van doen, maar met berekening.
Maar onverklaard blijft dan toch waarom nu juist Marokkanen berekenend zijn.

Ook kan in dit verband Cohen worden genoemd, die als burgemeester in elke Marokkaan een gewone Amsterdammer zag, maar toch een integratie via de moskee voorstond. Daar klopt dus iets niet. Cohen islamiseerde immers daarmee de problemen met en van Marokkanen.

rkh, 17-03-2011

donderdag, maart 17, 2011

Wilders in de overdrive en hoe als tegenstander te reageren

Wilders grossiert in hyperbolen en daar is niets op tegen. De overlast van Marokkanen heeft hij met zijn Goudse Rede geagendeerd, hoewel eigenlijk niemand hem daarvoor de credits geeft. Nu wil hij weer dat rechters niet meer voor het leven worden benoemd en dat hun herbenoeming afhankelijk wordt van de strengheid in straffen.
Goed beschouwd, onzinnige ideeën.

Maar wie gehoord wil worden, moet soms schreeuwen. De onderliggende boodschap van Wilders is in elk geval helder: "Het is goed mis met de rechtspraak". En zo'n statement is al minder onzinnig.
Wilders zet het disfunctioneren van de rechterlijke macht op de agenda. En zelfs wie hier niet van wil weten, ziet daarna allerlei vreemde rechterlijke uitspraken. Criminele illegalen en oorlogsmisdadigers die niet het land uit mogen worden gezet. Lage straffen. Krakers die je niet zo maar het huis uit mag slaan. Hier geboren kinderen, die alleen om die reden de Nederlandse nationaliteit krijgen en mogen blijven. "Nederland is vol" mocht niet.
De werkelijkheid/waarheid staat vaak aan de kant van Wilders. Zou Wilders zich uitspreken tegen bijv. kernenergie -terwijl iedereen vóór is- dan komt er binnen nu en een maand een meltdown in Japan. Op die manier is de werkelijkheid vaak Wilders' bondgenoot.

Wil je als politicus niet reageren (1) of kies je voor de aanval (2) dan laad je de verdenking op je niet geïnteresseerd te zijn in problemen van mensen of hen zelfs te minachten.

Ga je in debat (3) dan geef je toe dat wat Wilders zegt niet helemaal onzin is en om die reden verlies je al een beetje. Ga je discussiëren over de scheiding der machten dan verlies je helemaal, want dat gaat weer voorbij aan de problemen. Wilders zal zo'n discussie natuurlijk mijden, want ook hij kan die niet winnen, dus zal hij alleen zijn mantra herhalen.

Opstelten gaf in P&W een regentesk en amoreel antwoord (4): "Ik ben het er niet mee eens". Punt. Geen discussie. Geen moralisme. Geen toelichting. Opstelten neemt Wilders gewoon serieus, alleen hij vindt zijn oplossing niets.
Sonja Barend vroeg om wat meer verontwaardiging . Een domme reactie.

rkh, 16-03-2011

zaterdag, januari 15, 2011

Kapitaalexport en zijn gevolgen

Marokkaanse Nederlanders bijv. maken veel geld over naar het "thuisland". Dat geld wordt dus niet geïnvesteerd in hun toekomst hier. Maar afgezien daarvan: Wat betekent export van kapitaal voor de Nederlandse economie als geheel?

Een eerste antwoord is: "Niks". De centrale bank van Marokko mag dan op een gegeven moment veel guldens* bezitten vanwege aanschaf dirhams; in Marokko zelf is dat geld (=belofte van levering tegenprestatie) waardeloos. Want de gulden is alleen in Nederland wettig betaalmiddel en moet en zal dus linksom of rechtsom terugkomen. Dat geldbedrag dat de Marokkaans-Nederlandse arbeider heeft overgemaakt, komt terug! Dus er lijkt niets aan de hand te zijn.

Dit "luxe-probleem" van Marokko van een teveel aan guldens wordt opgelost door verhoging van de import van Nederlandse producten en vermindering van de export, minder toerisme naar Marokko en meer toerisme vanuit Marokko, minder kapitaalexport vanuit Nederland en meer import (bijv. geld voor Moskee). Want de dirham is voor ons duur en de gulden voor de Marokkaanse Marokkaan goedkoop. Veranderingen op valutamarkt zijn oorzaak en gevolg van deze bewegingen.

Het definitieve antwoord is, dat kapitaalexport een herstructurering van de Nederlandse, reële economie bewerkstelligt en dat betekent dus -naast kansen- verlies aan banen en vernietiging van investeringen. Het geld dat de Marokkaanse arbeider hier had kunnen besteden aan de kapper, de schilder, lekker eten etc. wordt nu gebruikt voor de aanschaf van eieren, tv's, schepen etc. en komt op die manier terug in Nederland.

Nederland kan zo'n reshuffle aan. Maar voor een ontwikkelingsland kan een kapitaalexport (import voor hen) op macroniveau desastreus uitpakken, omdat bijv. de toerisme-industrie en de export instorten en boeren niet kunnen concurreren met goedkope importproducten.

* Voor de eenvoud ga ik terug naar de gulden. Dat doet aan de argumentatie niets af.

rkh, 13-01-2011